De inburgering van nieuwkomers gaat op de schop. Gemeenten krijgen vanaf 2020 de touwtjes weer in handen, zodat nieuwkomers niet meer zelf hun inburgering hoeven regelen. Daar staat tegenover dat hun sneller een straf boven het hoofd hangt als ze verzaken, schrijft minister Wouter Koolmees van Integratie.
Koolmees erkende eerder dat de huidige aanpak niet werkt. Nieuwkomers moeten zelf een inburgeringscursus zoeken. ,,Dat lukt gewoon niet als je de taal nog niet spreekt'', constateert de minister, en maakt nieuwkomers een makkelijke prooi voor malafide bureaus. Het duurt verder te lang voordat inburgeraars het Nederlands machtig zijn en voordat ze zonder bijstandsuitkering kunnen.
Het geld dat het Rijk nu nog uitleent aan nieuwkomers om hun inburgeringsles van te betalen gaat daarom voortaan naar de gemeente. Die stelt een persoonlijk inburgeringsplan op en betaalt en regelt een passende cursus.
Nieuwkomers blijven wel zelf verantwoordelijk om binnen drie jaar het verplichte examen te halen. Wie er de kantjes afloopt, kan eerder dan voorheen een boete krijgen of zijn aanspraak op een langere verblijfsvergunning verliezen.
Gemeenten hebben nog een ander middel om de inburgeraar zijn best te laten doen, stelt Koolmees. Het gros van de nieuwkomers krijgt een bijstandsuitkering. De gemeente kan daarop korten als de ontvanger zich niet inspant om Nederlands te leren en geen passend werk of vrijwilligerswerk accepteert. Gemeenten moeten inburgeraars intensiever begeleiden en deze drukmiddelen gebruiken.
De grotere bemoeienis van de gemeente moet nieuwkomers ook kopzorgen besparen. Zo krijgen zij hun bijstandsuitkering in het begin niet meer helemaal uitgekeerd. De gemeente betaalt de vaste lasten en houdt die op de uitkering in. Daardoor moeten minder nieuwkomers in de schulden terechtkomen.
Zoals Koolmees al bij het aantreden van het kabinet aankondigde, moeten nieuwkomers verder meteen beginnen met Nederlands leren. Een inburgeraar die dat niet op tijd haalt, kan niet meer zomaar een excuus aanvoeren en ontheffing krijgen. Wie bijvoorbeeld niet kan lezen en schrijven, krijgt geen ontheffing, maar mag wel volstaan met een minder hoog niveau.
,,Het doel is: zo snel mogelijk aan de slag en de taal leren op een zo hoog mogelijk niveau'', vat Koolmees samen.