De kostendelersnorm betekent dat als u uw woning deelt met meer volwassenen, uw bijstandsuitkering daarop wordt aangepast. Hoe meer personen die bij u wonen waarop de kostendelersnorm van toepassing is, hoe lager uw bijstandsuitkering. De reden hiervoor is dat als er meer personen in één woning wonen, zij de woonkosten kunnen delen. Personen onder de 27 jaar tellen niet mee als kostendelende medebewoner.
Dat is afhankelijk van uw situatie.
Indien u voor 1 januari 2015 werkte ingevolgde Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en daarmee bent doorgegaan na 1 januari 2015 behoudt u uw rechten en plichten. In deze situatie verandert er dus niets.
Er worden echter geen mensen meer toegelaten tot de sociale werkvoorziening na 1 januari 2015. Wellicht dat u in aanmerking kan komen voor . Indien u meer informatie wenst kunt u zich het beste tot uw gemeente wenden.
De kostendelersnorm geldt voor volwassenen die samen een woning delen. Dit heet een meerpersoonshuishouden. Dit kan bijvoorbeeld een gezin zijn met twee ouders en een aantal volwassen inwonende kinderen. Er kan ook nog een inwonende (groot)ouder bij horen, een broer of zus, neef of nicht. Of de partner van de volwassen zoon of dochter.
Voor de kostendelersnorm maakt het niet uit of u getrouwd bent en of u familie bent van elkaar. Het maakt ook niet uit waarom u een woning deelt. Als één van u bijvoorbeeld zorg nodig heeft en door de ander wordt verzorgd, dan geldt
de kostendelersnorm ook. De voordelen van woningdelen staan los van de redenen waarom u samenwoont. Daarom geldt de kostendelersnorm in alle meerpersoonshuishoudens.
De kostendelersnorm betekent dat als u uw woning deelt met meer volwassenen, uw bijstandsuitkering daarop wordt aangepast. Hoe meer personen die bij u wonen waarop de kostendelersnorm van toepassing is, hoe lager uw bijstandsuitkering. De reden hiervoor is dat als er meer personen in één woning wonen, zij de woonkosten kunnen delen. Personen onder de 27 jaar tellen niet mee als kostendelende medebewoner.
Dat is afhankelijk van uw situatie.
Indien u voor 1 januari 2015 werkte ingevolgde Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en daarmee bent doorgegaan na 1 januari 2015 behoudt u uw rechten en plichten. In deze situatie verandert er dus niets.
Er worden echter geen mensen meer toegelaten tot de sociale werkvoorziening na 1 januari 2015. Wellicht dat u in aanmerking kan komen voor . Indien u meer informatie wenst kunt u zich het beste tot uw gemeente wenden.
De kostendelersnorm geldt voor volwassenen die samen een woning delen. Dit heet een meerpersoonshuishouden. Dit kan bijvoorbeeld een gezin zijn met twee ouders en een aantal volwassen inwonende kinderen. Er kan ook nog een inwonende (groot)ouder bij horen, een broer of zus, neef of nicht. Of de partner van de volwassen zoon of dochter.
Voor de kostendelersnorm maakt het niet uit of u getrouwd bent en of u familie bent van elkaar. Het maakt ook niet uit waarom u een woning deelt. Als één van u bijvoorbeeld zorg nodig heeft en door de ander wordt verzorgd, dan geldt
de kostendelersnorm ook. De voordelen van woningdelen staan los van de redenen waarom u samenwoont. Daarom geldt de kostendelersnorm in alle meerpersoonshuishoudens.
Als u dus werk wordt aangeboden en u weigert dit aan te nemen, dan kan de gemeente uw uitkering (tijdelijk) verlagen. Blijft u werk weigeren dan kan de gemeente uitkering tijdelijk stopzetten.
Hoe meer volwassen personen tot een meerpersoonshuishouden behoren, hoe lager de bijstandsuitkering per uitkeringsgerechtigde. In onderstaande tabel ziet u de hoogte van de bijstandsuitkering in percentages per huishoudtype. Hierbij staat 100% voor de bijstandsuitkering voor gehuwden en samenwonenden:
Huishoudtype | Rekennorm 21 tot pensioengerechtigde leeftijd |
Tweepersoonshuishouden | 50% |
Driepersoonshuishouden | 43,33% |
Vierpersoonshuishouden | 40% |
Vijfpersoonshuishouden | 38% |
Zespersoonshuishouden | 36,66% |
Dus bij een huishouden met vier meetellende personen krijgt elke persoon die recht heeft op een bijstandsuitkering een uitkering van maximaal 40% van de gehuwdennorm. Bovenstaande tabel stopt bij een zespersoonshuishouden,
maar de kostendelersnorm geldt ook voor huishoudens met nog meer personen.
Niet alle volwassenen tellen mee voor de kostendelersnorm. Wie tellen niet mee?
Inwonende kinderen die naar school gaan of studeren tellen dus niet mee voor uw bijstandsuitkering. Inwonende kinderen van 27 jaar of ouder die niet studeren tellen wél mee. Verhuurt u een kamer aan iemand die daarvoor aan u een normale huurprijs betaalt? Dan telt deze persoon niet mee. U moet een zuiver commerciële relatie hebben met deze persoon. Een normale huurprijs is een huurprijs die kortgezegd overeenkomt met de huurprijs voor vergelijkbare, commercieel verhuurde woonruimtes.
Dat staat in de Participatiewet.
Het college is op grond van artikel 7 lid 1 onderdeel a Participatiewet verantwoordelijk voor het ondersteunen van de gemeentelijke doelgroep bij arbeidsinschakeling. Werkgevers komen in aanmerking voor loonkostensubsidie als zij mensen die behoren tot de doelgroep loonkostensubsidie in dienst nemen of binnen 6 maanden na aanvang van de dienstbetrekking. Zie artikel 10d Participatiewet.
Wanneer u kunt aantonen dat u een zuiver commerciële relatie heeft met uw huisgenoten, worden zij niet meegerekend als kostendeler. Tijdens de beoordeling of er sprake is van commerciële relatie, wordt er onder andere gekeken of u een commerciële huurprijs betaald. Een commerciële huurprijs is een huurprijs die overeenkomt met de huurprijs voor vergelijkbare, commercieel verhuurde woonruimtes. U moet een huurovereenkomst waarin de huurprijs en jaarlijkse verhoging staan beschreven en een bewijs van huurbetaling overleggen.
Als er sprake is van bloed- of aanverwantschap in de 1ste of 2de graad dan is er nooit sprake van een commerciële relatie. In dit geval berekenen wij uw uitkering volgens de kostendelersnorm.
Onder 1e graads familieleden horen:
Onder 2e graads familieleden horen:
Dat kan. Bij de aanvraag van de bijstandsuitkering zal de gemeente kijken naar de overwaarde van uw woning. Als dit meer is dan een bepaald bedrag wordt de bijstand verstrekt in de vorm van een geldlening. Zie voor meer informatie U heeft een eigen huis.
Zodra het bedrag onder de vermogensgrens zakt krijgt u een gewone bijstandsuitkering. De lening betaalt u terug zodra u weer voldoende eigen inkomsten heeft.
De bijzondere bijstand is een uitkering die bedoeld is om extra of hoge kosten mee te kunnen betalen. U kunt alleen bijzondere bijstand krijgen als de kosten voor u bijzonder en noodzakelijk zijn en als u de kosten niet (geheel) zelf kunt betalen uit een andere uitkering of regeling of uit uw inkomen en vermogen. Om te bepalen of u de kosten zelf uit uw inkomen en vermogen kunt betalen, wordt uw draagkracht vastgesteld door de gemeente. U kunt recht hebben op bijzondere bijstand voor allerlei kostensoorten, zoals bijvoorbeeld medische kosten en woonkosten. Klik hier voor meer informatie.
Jongeren tot 27 jaar moeten eerst 4 weken hun mogelijkheden onderzoeken tot werk en scholing. Hiervan moeten bewijsstukken worden overleg bij de gemeente, waaronder documenten waaruit blijkt dat geen reguliere scholing meer mogelijk is.
Na 4 weken wordt uw aanvraag in behandeling genomen. In principe ontstaat uw recht op bijstand dan vanaf de datum dat u zich voor het eerst gemeld heeft bij de gemeente, dus bij aanvang van de zoekperiode. Als u samenwoont met een partner die ouder dan 27 jaar is, krijgt u direct (een voorschot op) uw bijstandsuitkering (indien u daar recht op heeft),terwijl de zoekperiode van vier weken eveneens van toepassing is.
Uitzondering
De zoektermijn geldt niet voor jongeren jonger dan 27 jaar die:
In sommige gevallen ontvangt u (tijdelijk) geen huurtoeslag. U heeft dan mogelijk recht op bijstand. Bijstand voor de kosten van huur wordt ook wel woonkostentoeslag genoemd. De woonkostentoeslag is bedoeld als vangnet voor situaties waarin u (nog) geen recht heeft op huurtoeslag. Om recht te hebben op bijzondere bijstand voor de kosten van huur moet u in ieder geval voldoen aan de voorwaarden voor het recht op bijzondere bijstand. Klik hier voor meer informatie.
Ja, de waarde van uw auto wordt meestal meegeteld bij uw vermogen. Als u een te hoog vermogen heeft, dan heeft u geen recht op bijstand. Klik hier voor meer informatie.
U mag tijdens de bijstand vakantie in Nederland houden (buiten uw gemeente). U bent meestal wel verplicht om (langdurig) verblijf buiten uw gemeente aan uw gemeente te melden. Voor verblijf in het buitenland (bijvoorbeeld voor vakantie of familiebezoek) geldt een maximale termijn. Verblijft u langer dan toegestaan in het buitenland, dan heeft u vanaf het moment dat u langer dan toegestaan in het buitenland verblijft, geen recht meer op bijstand. De gemeente kan dan uw bijstandsuitkering beëindigen. Ook een verblijf in het buitenland moet u melden bij de gemeente. Zie verder "U gaat op vakantie".
Als u en/of iemand uit uw gezin eigenaar is van een Woning en u kunt niet in uw levensonderhoud voorzien, dan kunt u wel recht hebben op een bijstandsuitkering. Van belang is dat u aan de voorwaarden voor bijstand voor een bijstandsuitkering voldoet. Een van deze voorwaarden is dat u niet te veel vermogen mag hebben. Een eigen huis wordt beschouwd als een onderdeel van uw vermogen. Uw gemeente zal dan ook beoordelen hoeveel vermogen er in uw woning zit. Uw gemeente kijkt hierbij naar de overwaarde van uw huis. Zie verder "U heeft een eigen huis". Boven een bepaalde vermogensgrens wordt in deze gevallen Leenbijstand verleend.
Als u bijstand aanvraagt of ontvangt, is uw leefsituatie van belang voor de hoogte van uw bijstandsuitkering. De bijstand onderscheidt drie leefsituaties: alleenstaande, alleenstaande ouder en gezin. Woont u samen, dan kunt u voor de bijstand soms worden aangemerkt als gehuwd en dus niet als alleenstaande. Daarvoor is geen liefdesrelatie vereist. Zie verder “U woont (niet langer) samen”.
Woont u samen met uw broer, zuster, grootouder of kleinkind en heeft een van u zorg nodig, dan worden u en degene die in hetzelfde huis woont ieder aangemerkt als alleenstaande.
Als u samenwoont kan de kostendelersnorm van toepassing zijn. Zie verder Kostendelersnorm.
De individuele inkomenstoeslag is een eenmalige uitkering voor wie langdurig heeft moeten rondkomen van een laag inkomen.
Zie verder “U heeft niet genoeg geld om van te leven”.
Als u stopt met samenwonen, dan verandert uw leefsituatie. Dit kan gevolgen hebben voor uw recht op een bijstandsuitkering. U kunt door uw nieuwe leefsituatie een lagere bijstandsuitkering ontvangen of geen recht meer hebben op een bijstandsuitkering.
Klik hier voor meer informatie.
Onder bepaalde omstandigheden kunt u een ontheffing van de arbeidsverplichting krijgen. Omdat u zorgtaken heeft, of omdat er medische redenen zijn. Deze ontheffing kan tijdelijk zijn of voor altijd.
Als u een tijdelijke ontheffing krijgt, moet u altijd meewerken aan uw traject naar werk. Zodat u weer aan de slag kunt als de tijdelijke ontheffing is afgelopen.
Alleenstaande ouders
Alleenstaande ouders met kinderen tot 12 jaar moeten zoeken naar betaald werk of een tegenprestatie doen. U moet dan wel voldoende geschoold zijn en er moet oppas voor de kinderen zijn. Als uw kinderen jonger zijn dan 5 jaar, kunt u een tijdelijke ontheffing aanvragen van de arbeidsverplichting. Als u dan een ontheffing krijgt is de voorwaarde dat u een scholing volgt. Zolang u deze scholing volgt hoeft u niet te zoeken naar betaald werk en hoeft u geen tegenprestatie te doen.
U ontvangt officieel bericht van de gemeente over deze tegenprestatie. Bent u het met deze tegenprestatie niet eens, dan kunt u hier tegen Bezwaar maken bij de gemeente.
Als binnenschipper kunt u als zelfstandige worden gezien. U heeft dan geen recht op een bijstandsuitkering. U kunt mogelijk wel in aanmerking komen voor een Bbz-uitkering. Als u niet als zelfstandige kan worden gezien, dan kunt u wel recht hebben op een bijstandsuitkering. In uw situatie gelden wel speciale regels voor het aanvragen van een bijstandsuitkering. Klik hier voor meer informatie.
De gevolgen van een co-ouderschap zijn dat onder andere dat er andere regels gelden voor de hoogte van uw bijstandsuitkering en de hoogte van uw maximaal toegestane vermogen. Klik hier voor meer informatie.
Bent u jonger dan 18 jaar, dan zijn uw ouders nog financieel verantwoordelijk voor u. U heeft dan in principe geen recht op bijstand. Hierop kan de gemeente een uitzondering maken als er sprake is van zéér dringende redenen. Klik hier voor meer informatie.
Klik hier voor meer informatie.
Bent u jonger dan 18 jaar, dan zijn uw ouders nog financieel verantwoordelijk voor u. U heeft dan in principe geen recht op bijstand. In een aantal situaties kan de gemeente van deze regels afwijken. Klik hier voor meer informatie.
Het recht op bijstand wordt in principe per maand vastgesteld. De bijstandsuitkering wordt in principe ook maandelijks aan u betaald, exclusief het vakantiegeld. Het vakantiegeld bouwt u apart op en wordt in principe eenmaal per jaar aan u betaald.
Klik hier voor meer informatie.
Als u duurzaam gescheiden bent, dan bent u officieel nog getrouwd. In werkelijkheid woont u niet meer bij elkaar en leiden u en uw partner allebei een eigen leven alsof u niet meer getrouwd bent. Tenminste één van u verwacht dat deze situatie blijvend is. In de volksmond wordt dit ook wel een scheiding van tafel en bed genoemd.
Uw gemeente kan onderzoeken of u daadwerkelijk gescheiden leeft. Het enkele feit dat u beiden in een andere woning verblijft, is niet voldoende om vast te stellen dat u duurzaam gescheiden leeft. Er wordt ook naar andere feiten en omstandigheden gekeken, zoals bijvoorbeeld een gezamenlijke vakantie of u soms wel nog samen in de woning van een van u woont, of u een sleutel van de woning van uw partner heeft en of u bij bepaalde instanties nog (samen) staat ingeschreven op het adres van uw partner. Als uw gemeente vindt dat u duurzaam gescheiden leeft, dan kunt u ieder worden aangemerkt als alleenstaande of alleenstaande ouder. Klik hier voor meer informatie.
Als u een bijstandsuitkering ontvangt, moet u zich aan de volgende verplichtingen houden:
Zie verder "Verplichtingen".
De gemeente is verplicht om deze subsidie te verstrekken als u tot de doelgroep behoort en aan het werk gaat. Het vaststellen van een subsidieplafond voor het verstrekken van de subsidie is om die reden dan ook niet toegestaan.
De kostendelersnorm is in beginsel van toepassing als u met een of meer meerderjarige personen in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. Er moet dan ook worden beoordeeld of sprake is van 'dezelfde woning'.
De mantelzorgwoning kan worden aangemerkt als 'dezelfde woning' als in de mantelzorgwoning geen essentiële woonvoorzieningen aanwezig zijn (denk bijvoorbeeld aan een toilet, badkamer en keuken) en de woonruimte niet betreden kan worden zonder gebruik te hoeven maken van een ingang van de andere woning.
Zijn de essentiële woonvoorzieningen in de woning wel aanwezig, waardoor eigenlijk sprake is van een zelfstandige woning en de bewoner dus niet afhankelijk is van een andere woning, dan is de kostendelersnorm niet van toepassing. Het moet daarbij ook gaan om een eigen ingang. Bij de beoordeling of sprake is van dezelfde woning is de feitelijke situatie doorslaggevend.
Over het algemeen geldt dat u na u 65e in uw levensonderhoud kunt voorzien omdat u een AOW-uitkering en eventueel een pensioen heeft. Als u door omstandigheden geen volledige AOW-uitkering heeft en dit niet kunt aanvullen met een pensioen, dan kunt u recht hebben op bijstand, de zogenaamde inkomensvoorziening ouderen. Deze vult uw inkomen aan tot het niveau van de AOW-uitkering. Als u in een inrichting verblijft, dan gelden andere regels. Klik hier voor meer informatie.
U heeft alleen recht op bijstand als u zelf onvoldoende inkomen of vermogen heeft om in uw levensonderhoud te voorzien. Als u inkomsten heeft, dan worden deze op uw uitkering in mindering gebracht. Klik hier voor meer informatie.
De bijstandsuitkering wordt in principe maandelijks aan u uitbetaald, exclusief vakantiegeld. Dit houdt in dat van uw uitkering steeds 5% wordt gereserveerd voor uw vakantiegeld. Klik hier voor meer informatie.
Als u zelfstandige bent en bijstand nodig heeft, kunt u mogelijk in aanmerking komen voor een Bbz-uitkering. Dat is een speciale bijstandsuitkering voor zelfstandigen. De uitkering kan bestaan uit geld voor uw levensonderhoud en bedrijfskapitaal. Als u een Bbz-uitkering ontvangt, heeft u geen recht op een 'gewone' bijstandsuitkering.
Ook als u vanuit de bijstand zelfstandige wilt worden, kunt u mogelijk een beroep doen op de Bbz. Aanvragen kan bij uw gemeente. Klik hier voor meer informatie.
Het is mogelijk dat u een onvolledige AOW-uitkering heeft, omdat u een aantal jaren in het buitenland heeft gewoond. Alleen als u een onvolledige AOW-uitkering heeft én u geen of onvoldoende aanvullend pensioen heeft opgebouwd, dan kunt u recht hebben op een aanvullende bijstandsuitkering, de aanvullende inkomensvoorziening ouderen. Het is van belang dat u (nog steeds) aan de voorwaarden voldoet. Klik hier voor meer informatie.
De studietoeslag is een extra bedrag dat u kunt ontvangen als u een arbeidshandicap heeft, waardoor het moeilijk is om de studie te combineren met een bijbaan. Studietoeslag wordt uitbetaald door de gemeenten. U moet een verzoek om studietoeslag indienen bij de gemeente waaronder uw woonplaats valt.
U moet studiefinanciering of een tegemoetkoming scholieren ontvangen. Daarnaast mag u geen recht hebben op een Wajong-uitkering.
Zie In het kort voor meer informatie.
Uw bezwaarschrift moet in ieder geval de volgende gegevens bevatten:
Bijzondere bijstand is een uitkering waarmee u extra of hoge kosten kunt betalen. U moet aan de voorwaarden voldoen om recht te hebben op bijzondere bijstand. Zo moet u bijvoorbeeld Nederlander zijn of hiermee gelijkgesteld kunnen worden. Ook aan uw kosten worden eisen gesteld: ze moeten bijvoorbeeld wel noodzakelijk zijn en niet door een andere regeling worden vergoed. U kunt bijzondere bijstand aanvragen bij de gemeente in uw woonplaats.
De bijstand is nooit hoger dan de kosten waar u bijzondere bijstand voor aanvraagt en er kan een maximumvergoeding of richtprijs gelden. Soms ontvangt u bijzondere bijstand niet in geld, maar in de vorm van spullen of diensten. Dit wordt bijstand in natura genoemd.
Heeft u ten onrechte of te veel bijzondere bijstand ontvangen, dan kan de gemeente u verplichten die (gedeeltelijk) terug te betalen.
U kunt voor heel veel verschillende kosten bijzondere bijstand krijgen. Daarbij gelden een aantal voorwaarden:
De kosten moeten noodzakelijk zijn. Dat wil zeggen dat u die kosten móet maken. In sommige gevallen moet een arts of een andere deskundige die noodzaak vaststellen.
U moet eerst alle andere mogelijkheden hebben geprobeerd om de kosten vergoed te krijgen. Soms hebt u een afwijzing van een andere regeling nodig om bijzondere bijstand aan te kunnen vragen.
De kosten moeten in Nederland zijn gemaakt
Klik hier om te bekijken of u recht heeft op bijzondere bijstand voor specifieke kosten.
Nee, de gemeente is niet altijd verplicht om alle stukken in uw dossier te laten inzien en te kopiëren. U heeft het recht om aan de gemeente te vragen om een overzicht van de stukken die in uw dossier zijn opgenomen. Ook kunt u de gemeente vragen om uw dossier in te zien en/of om kopieën van de stukken die in uw dossier zijn opgenomen. De gemeente kan voor het maken van de kopieën een kleine bijdrage vragen. De rapportage is eigendom van de gemeente.
Als in uw dossier mededelingen van derden zitten, worden deze ter bescherming van deze derden niet altijd getoond. Aan de derden wordt in principe eerst om toestemming gevraagd. Denk daarbij aan (anonieme) tips, ook wel klikbrieven, maar ook aan informatie van medische aard. Zie Inzage in uw dossier voor meer informatie.
Een voorschot op (periodieke) bijzondere bijstand wordt alleen verleend als uw situatie dit noodzakelijk maakt. De gemeente zal dus eerst uw individuele omstandigheden bekijken, voordat ze beslist of u een voorschot op de bijzondere bijstand krijgt of niet.
Voor het recht op bijzondere bijstand is van belang dat u Nederlander bent. Bent u geen Nederlander dan kunt u toch recht op bijzondere bijstand hebben als u met een Nederlander gelijkgesteld kunt worden. Zie Bijstand & nationaliteit voor meer informatie.
Heeft u schulden, dan heeft u in principe geen recht op bijzondere bijstand voor het betalen van uw schulden. Dit zijn namelijk geen noodzakelijke kosten van het bestaan. In vier gevallen is het mogelijk dat u bijzondere bijstand ontvangt om uw schulden mee te betalen. Klik hier om te lezen welke gevallen dat zijn.
Bent u jonger dan 18 jaar? Dan zijn uw ouders financieel verantwoordelijk voor u. U heeft in principe geen recht op bijzondere bijstand. Alleen op grond van zeer dringende redenen kunt u als u jonger bent dan 18 jaar toch recht hebben op bijzondere bijstand (zie voor meer informatie hierover U bent jonger dan 18 jaar. Daarnaast moet vaststaan dat uw behoefte aan bijzondere bijstand op geen enkele andere manier kan worden verholpen.
Als u bijzondere bijstand aanvraagt, dan bent u verplicht zich te legitimeren met een geldig legitimatiebewijs. Ook als u al een bijstandsuitkering of bijzondere bijstand ontvangt, dan bent u verplicht zich te legitimeren als u dit gevraagd wordt.
Een geldig legitimatiebewijs is een identiteitsbewijs dat uw nationaliteit vermeldt, zoals:
Een andere wijze van legitimeren is niet toegestaan. U kunt zich dus niet legitimeren met bijvoorbeeld een rijbewijs. Uw gemeente kan zelf bepalen wat er gebeurt als u geen of geen geldig identiteitsbewijs heeft. Klik hier voor meer informatie.
Als u bijstand wilt aanvragen, dan moet u dit doen bij de gemeente in uw woonplaats. Uw woonplaats is de plaats waar u gelet op alle omstandigheden daadwerkelijk woont. Niet van belang is dat uw woonruimte een huis is. U kunt ook wonen in bijvoorbeeld een (huur-)kamer, een caravan of een woonboot. Als u geen vaste woonplaats heeft, dan moet u de bijstand aanvragen in de plaats waar u daadwerkelijk verblijft. Klik hier voor meer informatie.
Als u periodieke bijzondere bijstand ontvangt, dan mag uw gemeente regelmatig onderzoeken of u (nog) recht heeft op bijstand. Een onderzoek tijdens de bijstand wordt ook wel een "heronderzoek" genoemd. Tijdens het gesprek kunt onder andere de volgende onderwerpen verwachten:
Zie Heronderzoek voor meer informatie.
Ontvangt u bijzondere bijstand in natura, dan krijgt u rechtstreeks een product of dienst. Zo kan de gemeente bijvoorbeeld een verzekering voor u afsluiten of u bepaalde goederen verstrekken. Als u bijzondere bijstand in natura ontvangt, krijgt u dus geen geld.
Ontvangt u bijzondere bijstand, dan kan uw gemeente u verplichten deze bijstand te gebruiken voor het doel waarvoor u de bijstand heeft gekregen. Als uw gemeente u bijvoorbeeld bijzondere bijstand toekent voor de aanschaf van een bril, kan uw gemeente u verplichten deze bijzondere bijstand ook daadwerkelijk te gebruiken voor de aanschaf van een bril.
Die verplichting wordt ook wel de bestedingsverplichting genoemd. Uw gemeente kan u in het kader van de bestedingsverplichting verplichten binnen een bepaalde termijn een betalingsbewijs te overleggen.
Als uw gemeente heeft besloten dat u recht heeft op bijzondere bijstand, dan zal zij zo snel mogelijk over gaan tot uitbetaling van de bijstand. Wanneer u de kosten uitbetaald krijgt, hangt af van het soort bijzondere bijstand dat aan u is toegekend. Klik hier voor meer informatie.
Bijstand die in de vorm van een geldlening is verleend (ook wel: leenbijstand) zal op enig moment moeten worden terugbetaald. De gemeente zal u over het terugbetalen van de bijstand informeren in de beslissing over het toekennen van de bijstand in de vorm van een geldlening. Als de bijstand in de vorm van een geldlening wordt verstrekt, dan kan de gemeente aan u (meteen of soms pas later) bepaalde verplichtingen in verband met de geldlening opleggen. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld aflossingsverplichtingen. Als u deze verplichtingen niet nakomt, dan kan de gemeente u verplichten om (het restant van) de geldlening direct terug te betalen. Klik hier voor meer informatie.